Elektrische meters registreren hoeveel elektriciteit u thuis gebruikt en worden gebruikt om te berekenen hoeveel u moet betalen voor de elektriciteit die uw elektrische apparaten hebben verbruikt. Elektrische meters zijn over het algemeen nauwkeurig en kunnen worden getest door uw elektriciteitsleverancier. Als u echter constateert dat uw elektriciteitsverbruik hoger is dan verwacht, is het vrij eenvoudig om de nauwkeurigheid van de meter zelf te testen voordat u uw elektriciteitsleverancier belt.
Controleer de nauwkeurigheid van uw elektrische meter; betaal niet voor elektriciteit die u niet gebruikt.Stap 1
Selecteer een elektrisch apparaat dat een constante en redelijke hoeveelheid elektriciteit verbruikt, zodat u de nauwkeurigheid van uw elektrische meter kunt testen. Een luchtverhitter of andere elektrische kachel is ideaal. Zet de thermostaat op de hoogste stand.
Stap 2
Lees het etiket op het apparaat dat u hebt geselecteerd om te bepalen welk wattage het gebruikt. Een elektrische kachel kan bijvoorbeeld 2000 watt per uur gebruiken op de hoogste instelling en dit komt overeen met de manier waarop uw elektrische meter elektriciteit meet terwijl u betaalt voor elektriciteit op basis van kilowattuur. Schrijf het wattage op.
Stap 3
Schakel alle elektrische apparaten in uw huis uit voordat u de nauwkeurigheid van de elektrische meter test. Controleer nogmaals of elk elektrisch item is uitgeschakeld. Lees de elektrische meter en noteer de waarde naast het wattage dat u hebt genoteerd door uw geselecteerde elektrische apparaat.
Stap 4
Schakel het geselecteerde elektrische apparaat in en noteer het tijdstip waarop u het hebt ingeschakeld. Laat het apparaat precies 30 minuten werken. Schakel het apparaat uit.
Stap 5
Lees de waarde van de elektrische meter opnieuw. Schrijf de waarde op.
Stap 6
Trek de tweede meetwaarde af van de eerste meetwaarde. Dit vertelt u het verbruikte vermogen gedurende de 30 minuten dat uw apparaat was ingeschakeld. De waarde moet gelijk zijn aan de helft van het wattage dat u op het etiket op uw apparaat hebt genoteerd, als uw meter nauwkeurig is. Als u bijvoorbeeld 2000 watt hebt genoteerd, wat overeenkomt met 2 kilowatt per uur, neemt uw meterstand toe met 1.000 of 1 kilowatt, dus het cijfer dat u kreeg na uw aftrekking is 1.000. Als het cijfer met meer dan ongeveer 5 procent verschilt, laat uw meter dan professioneel testen.
Stap 7
Schakel de elektrische apparaten in die u hebt uitgeschakeld, zoals de koelkast en vriezer.
